Ken je dat?
Op de
valreep nog even boodschappen doen.
Een paar extra dingetjes maar. Je loopt op
de dinsdag nog even door de supermarkt, met het boodschappenlijstje in je
hoofd.
Ach, die vijf dingen hoef je echt niet op te schrijven. Kaas, brood,
sinaasappelen, melk en wasmiddel.
En tóch is mijn
wagen na een kwartier al voor de helft gevuld. Een lijstje zou goedkoper
geweest zijn. De week is net begonnen, de gedachte aan een koud pilsje
zorgt ervoor dat ik sneller ga lopen.
Het zonnetje schijnt ook nog eens lekker. Dan kom ik dichter bij de kassa. Daar
staan ze, mijn concurrenten. Drie kassa’s open en veertig man met hun laatste
boodschappen. Ik hoor mezelf inwendig vloeken.
Het meisje in de
rij naast me heeft mijn gedachte gelezen en ze haalt haar schouders op alsof ze
zegt dat er niets aan te doen is. Ik lach naar haar en ze lacht terug. Ach zó
is wachten niet eens zo erg...
Eenmaal
aangekomen bij de band, zie ik in een flits het bordje ‘deze kassa gaat
sluiten’ op de band verschijnen. Dat geloof je toch niet?
Het schouderophalende
meisje schiet in de lach. Zo aardig vind ik haar ineens niet meer.
Ik zet mijn
wagentje in z’n achteruit, de caissière een zware verkoudheid toewensend.
Achter mij
stonden ook al drie andere karretjes die het eerder doorhadden dan ik.
De wedstrijd is
begonnen. Ze rennen naar de andere kassa’s, en ook zij lachen naar me. Ineens
is mijn relatief goede bui veranderd. Ik krijg de neiging om uit wraak de kar
te laten staan. Maar de rij naast is me is niet heel lang, ik waag het erop.
Ik kom bij de
kassa aan en de persoon voor me is haar groente vergeten af te wegen. Na drie
minuten komt ze terug, zich verexcuserend voor haar onnadenkendheid. Bij het afrekenen komt ze erachter dat ze nog moet betalen en zoekt vertwijfeld naar haar portemonnee. Ik ben eindelijk aan
de beurt!
Met een goed
gevoel stal ik mijn spullen op de band.
De caissière kijkt me aan. Haar blik spreekt boekdelen. Het papier is op, en ze is net
nieuw.
Ze vraagt aan haar buurvrouw of die even wil helpen verwisselen. Die
maakt rustig haar rij af, staat langzaam op en helpt de nieuweling. Waarom neem
ik altijd de verkeerde rij? Als ik naar buiten loop is het 55 minuten later.
Het is net begonnen met regenen, en mijn week is nu al verziekt. Thuisgekomen kom
ik erachter dat ik het brood vergeten ben. Waarom ik???
Geen opmerkingen:
Een reactie posten