dinsdag 19 juli 2011

Jeugdliefde

Ik was veertien, zij een meisje. We waren al een jaar om elkaar heen aan het draaien. Honderden briefjes gingen vooraf aan die eerste kus. Marjolein was het mooiste schepsel dat er op de school rondliep. Tenminste, dat vond ik dan. Ze had witblond haar, azuurblauwe ogen en kwam uit Hillegom. Wat wil een puistende puber nog meer? We hadden allebei nog nooit gekust en zo rond briefje 127 hadden we afgesproken om op de aankomende woensdag achter het biologie lokaal voor het eerst te gaan zoenen.

Nog twee dagen en het zou gebeuren, de zenuwen gierden door mijn strot!!
De bewuste ochtend, na een compleet slapeloze nacht had ik me goed voorbereid. Ik had mijn drie baardhaartjes zorgvuldig verwijderd en de aftershave van mijn broer leeggespoten op mijn nek. Ik vond dat ik er goed uitzag in de zelfgemaakte trui van mijn moeder en mijn spiksplinternieuwe NewBalance. Uiteraard met volle tegenwind fietste ik samen met mijn zusje langs het Spaarne, via het Houtplein richting de Wagenweg. Het was nog vroeg, ik had zin in die eerste kus en het regende hard. Heel hard! Mijn zusje fietste vloekend voorop. Haar paraplu (we vonden allebei regenpakken voor sukkels) hield ze voor haar gezicht. De auto van rechts zag ze niet aankomen, en mijn harde brul dat ze moest remmen beantwoordde ze met een opgestoken middelvinger.

De auto schepte haar frontaal en als een aangeschoten adelaar vloog ze nog een meter of tien door de lucht waarna ze een duikvlucht richting het asfalt nam. Het asfalt won het van haar schedel en ze lag roerloos op de grond...
Dat wordt dus niet kussen vandaag, dacht ik. Ze had een flinke knal gemaakt zo te zien. Uit de aanvallende auto stapte een oud vrouwtje dat ik gemakshalve maar even voor rotte vis uitmaakte. Hoe ze zo dom kon zijn om mijn zusje aan te rijden en mijn mogelijkheid tot een eerste kus te vernietigen. Uit het niets schoot er een ambulance om de hoek van de Tempelierstraat richting ons. Mijn zusje en ik werden ingeladen en mochten een ritje met ze mee. Of ze me daarna even naar school konden brengen, ik had namelijk een belangrijke afspraak. Ik geloof niet dat ze daar rekening mee gingen houden.

Om een uur of elf, nadat ik mijn moeder en de school had ingelicht en ik mijn zusje met slechts een zware hersenschudding en een paar hechtingen veilig alleen kon laten ben ik weer terug naar school gegaan. Ik zocht naarstig naar mijn speekselpartner maar kon haar nergens vinden. Aan het eind van het zevende lesuur kwam ik Marjolein tegen in de gang. Ik legde haar uit dat mijn zusje aangereden was en dat ik haar bijna voor dood had achtergelaten om de kus door te kunnen laten gaan. Ik maakte weer een goede kans. We liepen samen naar het biologiegebouw om 'het' te doen. Na vijf minuten was ik er wel weer klaar mee. Voetballen is toch een stuk leuker.

De volgende dag, mijn zusje was weer bij kennis, zag ik Marjolein weer in de klas. Op haar mond zat een koortslip ter grootte van een voetbal. Mijn beeld van de liefde was volledig bijgesteld en ik besloot er een laatste briefje aan te wagen. Op haar vraag of we vandaag weer zouden gaan zoenen, antwoordde ik zo empathisch en tactisch mogelijk: 'Kun je rekenen? Reken er dan maar niet op!' Ik was volledig afgeknapt en het kwam ook niet meer goed ons.
Marjolein en Tudé waren passé.

Soms is het verlangen fijner dan de werkelijkheid. Zelfs na tien of twintig Marjoleinen...


Geen opmerkingen:

Een reactie posten